Het verhaal begint in 1866 als de 17-jarige Jack Daniel de inmiddels Amerika's oudste geregistreerde distilleerderij sticht. Jack Daniel kende een bron met uitstekend water net buiten het kleine dorpje Lynchburg, midden in Tennessee. Het water uit de bron, Cave Spring, was koel, helder en vrij van onzuiverheden als ijzer. Dit water is nog steeds het belangrijkste bestanddeel van Jack Daniel's Tennessee Whiskey. Sinds de begintijd van Mr. Jack gebruiken we alleen de beste granen, rogge en mout. Deze granen en het water uit Cave Spring vormen het beslag dat we 'mash' noemen. Het traditionele 'sour mash process' maakt vervolgens de uiteindelijke Jack Daniel's. Daarbij staat 'sour' voor het gistingsproces, waarbij een deel van de reeds gebruikte mash van de vorige dag wordt toegevoegd aan het nieuwe beslag. Het resultaat 'stillers beer', wordt gedistilleerd. Zou Jack Daniel's na distillatie meteen worden gerijpt, dan ontstaat een Bourbon. Dit is echter niet het geval. Jack Daniel's wordt druppel voor druppel verzacht door middel van filtering door zelf gemaakt houtskool en daarna gerijpt in eikenhouten vaten; dit hele proces maakt dat Jack Daniel's geen bourbon, maar een Tennessee whiskey is. Volgens Jack Daniel's bereikt men de optimale kwaliteit na een rijpingsproces van vier tot zes jaar. Rijpheid is echter een kwestie van smaakbeoordeling en niet het tellen van dagen of jaren.